De reclame van - de Rijksoverheid (48)
26 november 20215 minutenVroeger, toen reclames nog tussen de programma’s uitgezonden en van elkaar onderscheiden werden door Loekie de Leeuw, tóen waren reclames nog te pruimen en zijn sommige zinnen onsterfelijk geworden in ons collectief geheugen of in mijn familie. Dit is deel 48 van een serie over reclameslogans die spreekwoordelijk zijn geworden.
De zin
Een slimme meid is op haar toekomst voorbereid.
De reclame
In mijn jeugd hoorde ik dit vaak, want ik was de doelgroep:
En van dit spotje was ik óók de doelgroep:
Postbus 51 was in de jaren 80 en 90 het communicatiekanaal van de Rijksoverheid. De slogan ‘Een slimme meid is op haar toekomst voorbereid’ en de campagne rond het ‘exact kiezen’ voor meisjes, is in mijn geheugen door elkaar gaan lopen. Ik dacht namelijk dat de eerste slogan sloeg op de tweede, namelijk dat je een goede toekomst tegemoet ging als je maar exacte vakken in je pakket koos. Destijds was er een groot tekort aan mensen met bètavakken, vooral bij meisjes waren die niet populair.
De wet die in 1990 ging veranderen, is aan mij voorbij gegaan. Ik was eind jaren 80 nog niet scherp op de actualiteiten, zeker niet als het ging om wetswijzigingen en dat kan de reden zijn geweest dat deze twee campagnes door elkaar zijn gaan lopen.
De slogan is in 2019 de titel van een boek geworden en heeft een bijbehorende website. Vrèneli Stadelmaier geeft in dit boek tips aan de nieuwe generatie vrouwen (vooral Millenials) hoe zich te handhaven in een ‘mannelijke’ werkwereld. Een puntje dat me opvalt: ook Stadelmaier liep tegen barrières aan en is zich gaan heroriënteren. Ze heeft zich omgeschoold tot... coach. Het schijnt een trend te zijn onder vrouwen om, zodra de carrière wat stroef loopt of tegen het (vermeend) niet-bestaande glazen plafond botst, “dan maar” coach te gaan worden. Zo breken we nooit door die glazen koepel heen, hè, dames!
Het spreekwoordelijke gehalte
Bij ons thuis werd er wel een punt gemaakt van dat ‘Een slimme meid is op haar toekomst voorbereid’. Mijn moeder vond dat heel belangrijk voor mij en mijn zus. Ze wilde koste wat kost voorkomen dat wij in een situatie terechtkwamen waarin wij onze partners (lees: mannelijke echtgenoot) om huishoudgeld moesten gaan vragen.
‘Het is de jaren 50 niet, hoor, mam.’
‘Nou, je zal ze de kost geven. Ik ken...’, zei mijn moeder. En ze vertelde ons over een kennis of vriendin die 'steeds om geld moest vragen bij haar man'.
‘Belachelijk,’ vonden mijn zus en ik.
Tot zover is de missie van mijn moeder, met een beetje ruggensteun van de overheid, geslaagd.
Soort van. Want een carrière heb ik nooit nagestreefd. Mijn motto is altijd geweest dat ik ‘geen slaaf van de economie wil worden’. Een idee-fixe, natuurlijk. Iedereen is immers slaaf van de economie.
Ben ik financieel onafhankelijk? Ook dat valt te bezien, omdat ik freelancer ben. Dit betekent wel dat ik flexibel ben, omdat ik meer of minder opdrachten kan aannemen. Maar ja, die bepalen dus hoeveel ik moet werken om een beetje leuk te verdienen.
Over die exacte vakken waren mijn zus en ik verdeeld. Mijn zus heeft veel meer bètatalenten dan ik, dat werd al snel duidelijk op de middelbare school. Met heel veel moeite wist ik voor Wiskunde A een vijf te halen. Het lag me niet, ik snapte de regels niet en de docenten konden die mij niet aan mijn verstand peuteren.
Bovendien wist ik al in 1986 (een jaar vóór de exact-campagne) dat ik Russisch wilde studeren. Niet Frans, niet Duits, niet Chinees of Arabisch. Russisch. Waarom? Omdat in 1986 de kerncentrale in Tsjernobyl ontplofte. Ineens werd duidelijk dat er in dat vage land ménsen woonden die een táál spraken met nota bene een ander álfabet. Ik was gefascineerd.
Ik koos een pakket met Nederlands, Engels, Duits, Latijn (ik had ook graag Frans gehad, maar dat paste roostertechnisch niet en een achtste vak werd me afgeraden), Biologie, Scheikunde en Aardrijkskunde. Toch nog twee vakken die enigszins exact waren, en die ik nog leuk vond ook. Duits en Aardrijkskunde had ik gekozen met voorbedachte rade: veel secundaire literatuur in de studierichting Slavistiek was in het Duits, had men mij verteld, en in 1992, mijn examenjaar, ging het bij Aardrijkskunde over de Sovjetunie.
Toch twijfelde ik nog tussen Russisch in Leiden of de toneelschool in Amsterdam. We weten allemaal wat het is geworden...