De Woordenspuwer: pierewaaien
13 april 202010 - 15 minutenDit is aflevering 16. Als Slavist kan ik natuurlijk geen blogserie over etymologie schrijven zonder in te gaan op de Russische woorden in het Nederlands en de Nederlandse woorden in het Russisch. Russische woorden als ‘perestrojka’, ‘wodka’ en ‘doema’ ken je waarschijnlijk wel, maar wist je dat ‘pierewaaien’ en ‘mammoet’ ook uit het Russisch komen? En welke woorden zijn er uit het Nederlands in het Russisch terechtgekomen?
Petertje
De meeste Russische woorden kwamen mee met tsaar Peter de Grote die in 1697 en 1717 Nederland langere tijd bezocht. Hij verbleef toen in Zaandam en Amsterdam en vermaakte de Hollanders met zijn tomeloze leergierigheid. Niet alleen leerde hij schepen bouwen en tekenen, hij kreeg ook het horloges maken, papier scheppen en zijde spinnen onder de knie. Terug in Rusland liet hij vele boeken (over scheepsbouw en andere technische zaken) vertalen en hij wilde zelfs het Nederlands als tweede taal introduceren. Daar kwam het niet van, maar zijn Zeevaartacademie en Navigatieschool bestaan nog steeds.
Snel even een slagtand vieren
Een greep uit de Russische woorden in het Nederlands:
* Pierewaaien is ‘een fuif houden, feestvieren’ en wordt in Den Haag vooral gebruikt in de betekenis ‘naar Scheveningen gaan’ (met dezelfde intentie). Het komt van het Russische werkwoord pirovatj dat hetzelfde betekent en is vernederlandst tot pierewaaien.
* Bistro is een schattig Frans cafeetje waar je even snel iets kunt eten. Frans dus. Nee, het is Russisch en komt van het woord быстро (bystro) ‘snel, vlug’. Het woord is naar verluidt ontstaan, omdat de Russen nogal ongeduldig op hun eten zaten te wachten en met hun mes en vork op tafel begonnen te roffelen en ‘bistro, bistro’ begonnen te roepen. Of ze keurig met mes en vork op de tafel tokkelden, betwijfel ik, maar wij hebben er wel een Russisch woord in de Nederlandse taal aan overgehouden. Overigens kwam het woord met een omweg naar Nederland, want het ontstond in Frankrijk (dus toch) toen de Russen de legers van Napoleon versloegen in 1815.
* Mammoet. Het woord komt voor het eerst in 1692 in de Nederlandse taal voor, dat wil zeggen, toen is het voor het eerst in een naslagwerk gevonden (om precies te zijn in: Noord en Oost Tartarye van Nicolas Witsen). Het woord zelf is ouder. Ontdekkingsreizigers en wetenschappers waren in de 16e eeuw erg onder de indruk van de enorme botten en slagtanden die ze in het ijs van Siberië vonden. De een vermoedde dat dit hoorns waren die zelf onder de grond groeiden, een ander speculeerde dat de hoorns van eenhoorns waren en een derde dacht dat ze te maken hadden met de reusachtige mensen die vóór de zondvloed op aarde gewoond moesten hebben.
Ook de oorsprong van het woord mammoet is niet helder, aldus Nicolien van der Sijs (zie link bij de bronnen). In het Russisch heette het dier lange tijd mamont, en een eerdere benaming was mamot. Dit zou van het Tartaarse mam(m)a ('aarde') afstammen. Dat woord (mamma in de betekenis van 'aarde') bestaat echter niet en die zoektocht loopt dood.
Andere speculaties zijn dat het woord uit het Jakoetisch of Toengoezisch (beide uit de Altaïsche taalfamilie) komt en dat het een verbastering of afleiding is van het woord voor ‘beer’. Of het zou zijn afgeleid van ‘Mammon’, de naam van een god. De bewijzen voor deze twee theorieën zijn flinterdun.
Een laatste idee is dat het Russische mamont verkeerdelijk gelezen is als mamout en aldus in de literatuur terecht is gekomen als mammout. Deze fout is weer overgenomen door verschillende andere talen: Frans mammouth, Engels mammuth en zelfs in het Bulgaars, Tsjechisch en Pools (alle drie Slavische talen) wordt mamut geschreven, waarschijnlijk omdat het woord uit het Duits is overgenomen.Even flapotapovatj voor een apelsinovij sok
Omgekeerd zijn er veel woorden in het Russisch terechtgekomen die een Nederlandse oorsprong hebben. De bekendste zijn de scheepstermen, natuurlijk: трюм (trjoem, 'het ruim'), матрос (matros, 'matroos'), флот (flot, 'vloot') enzovoorts.
Ook alledaagsere woorden als брюки (brjoeki, 'broek'), флаг (flag, 'vlag'), трап (trap, 'gat' of 'ploegvoor', maar komt van het Nederlandse ‘trap’ in de betekenis van 'ladder') en апелсин (apelsin, 'sinaasappel', ook in samenstellingen zoals apelsinovij sok ‘sinaasappelsap’).
En misschien is er sinds 1995 een nieuw werkwoord in omloop: флапотаровать (flapotapovatj, 'geld pinnen' ofwel: 'flappen tappen'). Maar de vindplaats was zeer lokaal (St.-Petersburg, Herzeninstituut), het gebruik was zeer tijdelijk (juni tot en met augustus 1995) en het woord werd door een zeer select gezelschap in de mond genomen (de studenten van de Universiteit Leiden die in die periode aldaar verbleven, waaronder ondergetekende). Flapotapovatj zal wel nooit in de naslagwerken worden opgenomen.
Bronnen:
Top 25 Russische woorden in het Nederlands
Publicatie uit 1959 over Russische woorden in het Nederlands
Pierewaaien
Chronologisch woordenboek
Peter de Grote (Wikipedia)